Hoe beslecht je een strijd tussen gevoelens, feiten en normen?

leestijd: 6 minuten

Het doet pijn als er een boom wordt omgezaagd.
Maar niet getreurd, zegt de bioloog, van deze soort zijn er nog meer dan genoeg in Nederland.
En de wethouder zegt dat het fijn is dat de bomen plaats maken voor hoognodige woningbouw. Hoe is dat met elkaar te rijmen: het gevoel, het wetenschappelijk inzicht en het maatschappelijk nut?
Het zijn drie domeinen met elk hun eigen logica: gevoelens, feiten, normen.

Ook met covid-19 kunnen basisscholen gewoon open blijven, zegt de wetenschapper. Nou, mij niet gezien, zeggen de leerkrachten. Wat moet de overheid kiezen: achter de wetenschap aan of zich neerleggen bij de emoties van de leerkrachten?

Zo zijn er legio voorbeelden te geven waarbij wetenschappers, politici en belanghebbenden elkaar in de haren vliegen. Meestal in vruchteloze pogingen elkaar te overtuigen van het eigen gelijk. Vruchteloos, omdat ze alle drie op eigen terrein inderdaad gelijk hebben, maar die standpunten niet te verzoenen zijn – omdat, ik schreef het al, gevoelens, feiten en maatschappelijke normen elk een eigen logica hebben.
Het gevoel spreekt de taal van het hart. Het laat zich echt niet van de wijs brengen door feiten. Dat zijn misschien jouw feiten, maar niet de mijne, zegt het hart.
Feiten zijn concreet, meetbaar en tastbaar maar kunnen op hun beurt niets zeggen over wat maatschappelijk wel of niet gewenst is. Wetenschappers kunnen hoog en laag springen met wat er allemaal bewezen is, de interpretatie ervan in morele zin is een heel ander verhaal. Van wat feitelijk ‘is’, kun je niet afleiden wat qua gedrag ‘behoort’. Dat arme mensen een slechtere gezondheid hebben en korter leven, dat kan best wel zo zijn, maar dat wil niet zeggen dat ik daar nu iets aan moet doen, nog afgezien wat precies ik zou moeten doen. Dat hangt maar net af van de waarden en voorkeuren die je huldigt.

Met ‘wat behoort’ komen we op delicaat terrein. Namelijk op dat van de macht – wie dwingt af dat inderdaad gebeurt wat behoort? In laatste instantie is dat de overheid. Er is best veel speelruimte in wat moreel gezien door de beugel kan en discussies over het omzagen van bomen kunnen heel ver gaan, maar uiteindelijk is er de zwaardmacht van de overheid die grenzen stelt. Hopelijk gelegitimeerd door een meerderheid van de bevolking, maar daar zijn niet altijd garanties voor.

Is het probleem daarmee opgelost? Nee. De knoop is dan wel doorgehakt, de boom omgezaagd, maar dat betekent niet automatisch dat de onderliggende verschillen van inzicht zijn verzoend. Want, we schreven het al, veel pogingen elkaar te overtuigen blijven vruchteloos. Feiten en normen zijn doof voor een beroep op gevoelens, en omgekeerd. Het zijn drie domeinen met elk hun eigen logica.

Is er geen uitweg? Is op de een of andere manier een uitwisseling mogelijk tussen de drie domeinen?
De driedeling in feiten, maatschappelijke regels en gevoelens ontleen ik aan Maarten Jacobs, wetenschapper aan de Wageningse universiteit. Die heeft zich verdiept in wat landschap is, en ontdekte dat een landschap gelaagd is. Hij drukt het uit in Engelse termen, zoals dat in wetenschap hoort[1]. Landschap, Landscape is:
Ten eerste matterscape, het landschap zoals dat bestaat in de fysieke realiteit, bestaande uit fysieke objecten en processen. Uitspraken over matterscape zijn geldig als ze waar zijn.
Ten tweede powerscape, het landschap zoals dat bestaat in de sociale realiteit, bestaande uit normen voor het gedrag van mensen met betrekking tot de omgeving. Uitspraken over powerscape zijn geldig als ze juist zijn.
Ten derde mindscape, het landschap zoals dat bestaat in de innerlijke realiteit, het landschap zoals dat beleefd wordt door een individu. Uitspraken over mindscape zijn geldig als ze waarachtig zijn.

Heel veel discussies over wat er met landschap en natuur moet gebeuren ontaarden omdat men eigenlijk langs elkaar heen praat; feiten, gevoelens en regels worden uiteindelijk een niet te ontwarren kluwen. Verwoest de nitraat van boerderijen de biodiversiteit van het naastgelegen natuurgebied? Nou, ik vind dat gebied nog best mooi, en zonder boeren verhongeren we. En wie zegt dat die nitraat van de boerderijen komt? En mag ik nog baas zijn over wat ik doe op mijn eigen land ja!? Trouwens, een plantje of beestje minder, wat is daar erg aan?

Feiten zijn waar of niet waar. Gedrag is juist of niet juist. Gevoelens zijn waarachtig of onwaarachtig.
Het aardige van deze driedeling is, om Cruijff te parafraseren: als je die eenmaal kent, dan zie je ‘m overal. Het betreft niet alleen landschap, de rol van boeren en om te zagen bomen, maar net zo goed discussies over viruswaarheid, topsalarissen en wie er aan de beurt is om de afwasmachine uit te ruimen. Kortom, vrijwel alles waarover mensen van mening kunnen verschillen. Bijna altijd is er een mix van matter (feiten), power (normen, regels) en mind (beleving). En zelden vallen die samen.

Maar hoe moet dat dan, om wel tot overeenstemming te komen? Maarten Jacobs benadrukt het belang van communicatie. De bereidheid om naar elkaar te luisteren en de ander te volgen in diens versie van het verhaal. Om feiten onder ogen te zien, om mee bewogen te worden, om de bredere maatschappelijke context mee te laten wegen. Ik betwijfel echter, of dat de hele oplossing is. Het is een begin, je verplaatsen in de ander. Maar dan nog kun je eindigen met: dat kan wel zo zijn, maar wat ik inbreng is toch van groter gewicht. Mensen zijn halsstarrige dieren: hun eigen gelijk is hun zeer dierbaar.

Wanneer geef je het eigen gelijk op?
Een gesprek is pas zinvol als je de bereidheid hebt om op een ander punt te eindigen dan waar je begon. Voordat je in gesprek gaat met een ander zou je misschien beter eerst in gesprek kunnen gaan met jezelf, om die bereidheid te onderzoeken. Heel in het algemeen: hoe verzoen ik zelf feiten met normen en gevoelens, matter, power and mind?

Als ik feiten constateer, hoe doe ik dat, wat vind ik dan, en wat doe ik ermee? Wanneer is voor mij iets een feit? En hoe zit dat in dit specifieke geval?
Als ik gevoelens heb, hoe uit ik die, hoe beheers ik die? Of laat ik mij door de gevoelens overheersen? Hoe ga ik met gevoelens om? En hoe zit dat in dit specifieke geval?
Als ik kijk naar mijn gedrag, zijn er dan grenzen die ik mezelf opleg? Vind ik dat anderen zich daar ook aan zouden moeten houden? Hoe gebruik ik macht? Op grond waarvan eigenlijk, uit welke overtuiging of opvatting? En hoe zit dat in dit specifieke geval?

Als ik bij mijzelf na ga wanneer de man van de feiten het voor het zeggen krijgt, wanneer de gevoelsmens en wanneer de regelneef, dan zie ik dat mijn standpunten en handelingen als het ware geboren worden uit een wat mistige wolk. De driedeling is niet op voorhand klip en klaar. En precies op dat punt, denk ik, zit het aangrijpingspunt om tot een vruchtbaar gesprek te kunnen komen. Pas als we de ambiguïteit onderkennen bij onszelf, onze eigen twijfels onder ogen zien, ontstaat er ruimte om op een ander punt te eindigen dan waar we begonnen. Gun de ander het voordeel van jouw twijfel – zie hoe gevoelens van kleur kunnen verschieten, hoe de kwaliteit van feiten verschillend kan worden gewogen, en hoe soepel regels kunnen zijn. Daarin schuilt de mogelijkheid om toch tot afstemming en overeenstemming te komen. Het kán dus wel.

© Tom Maas 12/2020

[1] Jacobs, Maarten H., The production of mindscapes: a comprehensive theory of landscape experience Dissertation Wageningen University, ISBN 90-8504-520-7

Deel dit:

Leave a Reply